De trompet is de oudste en de bekendste uit de familie van de koperen blaasinstrumenten. Andere leden zijn onder andere de cornet, bugel, hoorn, trombone en tuba. Door de verschillen in maat en door de vorm wordt de klank bepaald. Het principe van de koperen blaasinstrumenten is voor de grote of de kleinere hetzelfde. Het is een dunne of dikke koperen buis die in een bepaalde vorm is gebogen met aan het eind een beker die de toon versterkt. 
 
De toon wordt in het mondstuk gemaakt door de lucht die langs je lippen gaat. De lucht gaat door het trillen van de lippen bewegen en daardoor wordt de toon gevormd die uiteindelijke uit de beker komt. Door de buis langer of korter te maken en de lipspanning te veranderen ontstaan verschillende tonen. Bij alle verschillende trompetten wordt gebruik gemaakt van ventielen. Zij geven je de mogelijkheid alle denkbare melodieën te spelen. 
 
De trompet is een veelzijdig instrument. Je kunt er muziek vanaf het begin van onze jaartelling tot muziek uit de top 40 op spelen. De trompet is in elke denkbare combinatie een graag gezien instrument. Je kunt het zo gek niet bedenken; van dweilorkest tot Bachorkest, van jazzband tot symfonieorkest, popband en fanfareorkest: overal is de trompet inzetbaar. 
 
Kun je eenmaal goed trompet spelen dan ben je overal een graag geziene gast! 
 
Vanaf ongeveer 8 jaar kun je beginnen. Op een speelse manier worden je dan de eerste kunsten van het trompetspel aangeleerd. Voor de wat klein uitgevallen beginners is er de pockettrompet, te huur bij BplusC, die zij met gemak kunnen hanteren.